Ik spreek Cathy vlak voor de ingang van de supermarkt. Cathy ziet er mooi uit. Ik vraag haar vrij direct of ze op de foto wil maar ze zegt direct nee, ‘dan moet je bij mijn man zijn, die heeft een goeie kop’. Ik ben verbaast want Cathy vind ik er juist stralend uitzien. Haar man komt de supermarkt uitgelopen en Cathy heeft inderdaad gelijk. Fred heeft net als Cathy stralende ogen en een goeie kop. Ze zijn een stel, en de verliefdheid spat er af.
Ik ben nieuwsgierig naar hun liefdesverhaal. Er kan bijna niks anders achter zitten dan iets romantisch, denk ik, terwijl ik een kopje koffie voor ze inschenk.
Fred en Cathy zijn getrouwd en wonen 17 jaar in Alkmaar. Als ik Fred vraag naar hun liefdesverhaal komt er een uitgebreid antwoord.
Fred en Cathy wisten het eigenlijk meteen. Toen ze elkaar zagen was het raak: Ze zijn gemaakt voor elkaar.
Hoe weet je dat dan? Vraag ik.
Fred: ‘Dat voelde ik aan alles. Toen ik Cathy zag toen wist ik gewoon, dit is het.’
‘We zijn na vier weken gaan samenwonen en na 6 weken vroeg ik haar ten huwelijk. Ze zei meteen ja. Het voelde helemaal niet snel, het was gewoon meteen raak.’
En nu zijn we nog steeds meneer en mevrouw van der Ho’.
‘Dat verhaal moet je even uitleggen Fred’, zegt Cathy.
‘Op een dag fietsen Cathy en ik door de stad en rennen er een paar kinderen over de straat. Cathy en ik roepen allebei tegelijkertijd HO! naar de kinderen, waarop de kinderen terug roepen, ‘Sorry Meneer en Mevrouw Van der Ho’.
‘Sindsdien zijn we dat nog steeds’.
Ik praat nog een tijdje door met de twee tortelduifjes en geniet van hun verhalen. En 1 ding weet ik wel zeker, meneer en mevrouw Ho die blijven inderdaad voor altijd samen, dat kon ik aan alles voelen.